Er is hoop

De stoep voor mijn huis

Stoeptegels en wat zand. Is dit niet een overbodige en saaie foto? Of valt er dan nog meer te zien? Blijf nog even kijken en lezen, dan neem ik u mee in de krochten van het beheer van de openbare ruimte. De tegels met wat zand er om heen zijn nog nieuw, dus liggen ze er nog niet zo lang. Bovendien zie je bij de neus van de auto nog een paar van die lichte tegels vlak tegen de trottoirrand.

Ik was net mijn huis uitgestapt, toen mijn oog er op viel en daar bleef hangen. Waren er soms, zo vermoedde ik direct, stoeptegels met kapotte hoeken vervangen? Over verdere stoepen met mijn gezicht naar beneden lopend, zag ik veel meer lichte tegels, meestal dicht bij de straat en, inderdaad, ik kon geen tegels met een hoek er af meer vinden. Pas wandelingen later trof ik er een aan de Staringstraat.

Staringstraat

Nu weet u misschien ook waar die kapotte tegels waarvan je er vroeger langs de stoepranden veel vond vandaan komen.

Om tijdelijke borden te plaatsen moet een tegel losgewrikt worden zodat er ruimte is voor de paal. Ik vermoed dat daartoe met zo’n zware stalen stang waar je ze wel mee bezig ziet, een hoek er af geslagen wordt. Pas als er één tegel losgewrikt is kunnen ze met een schep de volgende tegels lichten.

Ergens in de ambtelijke hiërarchie moet iemand bedacht hebben dat alle stukke stoeptegels vervangen moeten worden. Dan moet er in de begroting geld gevonden zijn en in het werkschema ruimte om er werklui op uit te sturen om alle stoepranden langs te lopen. En in hun instructies moet opgenomen zijn dat ze voortaan na het verwijderen van zo’n houten paal een nieuwe tegel neerleggen in plaats van de kapotte tegel terug te leggen. Dus in die wagentjes die de palen als het verbod afgelopen is, weer ophalen, moeten genoeg nieuwe tegels liggen als ze de werf uit rijden etc.

Ik bezie dit met vreugde. Wat wonen we in een rijk land dat oog heeft voor dit soort details en het taaie werk, zo meen ik dat te zien, dat nodig is om een ambtelijke organisatie een nieuwe taak te laten uitvoeren. Ook hiermee wordt strijd geleverd tegen de verloedering van de openbare ruimte. Of dat een nu afgewende dreiging van verloedering is, of een desondanks voortdurend verdergaande verloedering, laat ik aan de optimistische dan wel pessimistische lezer.

Gijs Kalsbeek