Dinsdag middag schoof ik, van de buren (stadsdorp VondelHelmers), aan bij de lezing van Gijs over de geschiedenis van het vuurgebruik. Hij deelt een overzicht uit, handig in de veelheid aan informatie, die volgt. Gijs baseert zijn lezing op wat er gevonden, en dus aantoonbaar is. Op grond daarvan hebben wetenschappers veronderstellingen geformuleerd over de geschiedenis van het vuurgebruik. Alleen de mens blijkt in staat te zijn om actief vuur te gebruiken. Dieren maken er wel gebruik van door in nasmeulend vuur te zoeken naar wat door verhitting gegeten kan worden, bijvoorbeeld noten. Dat zullen mensen ook hebben gedaan en wie weet was dat de eerste stap richting koken. Tussen de verschillende stadia in de ontwikkeling van vuurgebruik, van vuur maken tot vuur brandend houden, kunnen enkele tienduizenden jaren of meer zitten. De ontwikkelingen die het beheersen van vuur mogelijk maken zijn immens, zoals de landbouw. Zonder landbouw zouden steden tot op de dag van vandaag niet kunnen bestaan. Vuur leidde ook tot regelgeving, en dus tot het ordenen van menselijke verhoudingen. We stuitten op veel vragen, zoals hoe wist men hoe heet het vuur moest zijn om uit ijzererts ijzer te halen. Er waren immers geen thermometers. Vanuit Afrika is de homo sapiens, waarschijnlijk één stam van een paar duizend mensen, weg getrokken. Nog steeds is de genetische variëteit van mensen binnen Afrika groter dan in die in de rest van de wereld. Hoe kan het dat juist die groep zich zo vergaand, soms op verschillende plekken tegelijk, heeft ontwikkeld. Duidelijk is dat klimaat(veranderingen) van grote invloed zijn op de ontwikkeling van de mens. We begonnen in de oertijd (400.000 v C) en zijn tot 850 gekomen.
Mij trof hoe verder gaande ontwikkeling van vuurgebruik steeds gepaard gaat aan groter wordende kwetsbaarheid en mogelijke destructiviteit.
Op 16 oktober gaat Gijs verder met het vervolg. Zijn plan is om tot en met de toekomst te gaan.
Lenie, 20-9-2018